WELKOM BIJ SKBN

De Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland (SKBN) is al 13 jaar het landelijk netwerk van publieke, semipublieke en private partners die zich bezighouden met ruimte voor werken. Onze stichting streeft naar een optimale regionale economie, waarbij voldoende en duurzame ruimte voor werken onontbeerlijk is.

Dit willen we bereiken door op een onafhankelijke manier kennis te delen, te bundelen en te ontwikkelen. Binnen én buiten ons netwerk. Er worden jaarlijks tientallen ontmoetingen georganiseerd met relevante kennisdeling en we leveren – gevraagd en ongevraagd – beleidsinput op basis van onze kennis en ervaring. We zijn daarmee het centrale, onafhankelijke verzamelpunt voor alle ontwikkelingen rondom fysieke werklocaties.

LEES HIER ONZE PROPOSITIE

card image

Event

20-04-2023
PBL symposium: De toekomst van bedrijventerreinen in een circulaire economie

Event

20-04-2023

PBL symposium: De toekomst van bedrijventerreinen in een circulaire economie

Waar: PBL-kantoor, Bezuidenhoutseweg 30, 2594 AV Den Haag

Wanneer: donderdag 20 april, 14.00 – 17.00 uur

De Nederlandse overheid streeft naar een volledig circulaire economie in 2050. Wat betekent dat voor de toekomst van bedrijventerreinen? Hoe veranderen de ruimtebehoeften van bedrijven die circulair gaan werken? Kom op 20 april om 14.00 uur naar de presentatie over de ruimtelijke dimensies van de circulaire economie en de gevolgen voor bedrijventerreinen in het bijzonder. Na de presentatie door Trudy Rood en Emil Evenhuis over verschillende strategieën, reageren kenners uit provincie, Rijk, bedrijfsleven en onderzoek op basis van praktijkervaringen. Graag nodigen we u uit voor deze bijeenkomst in het PBL-kantoor in Den Haag.

Meer informatie en de mogelijkheid om u aan te melden vindt u hier.

De strategieën voor bedrijventerreinen zijn onderdeel van het onderzoek dat het PBL (samen met CE-Delft, Bureau Buiten en BVR) heeft gedaan naar de ruimtelijke consequenties van - en ruimtelijke voorwaarden voor - een circulaire economie. Dit onderzoek is gedaan in het kader van de Ruimtelijke Verkenning 2023. In een apart beleidsrapport gaat het PBL een toelichting geven over de ruimtelijke implicaties van circulaire economie met aandacht voor wat dit betekent voor beleid.

U bent van harte welkom om het symposium over deze kwesties bij te wonen op donderdag 20 april. Lees hieronder het programma en meld u aan. Voel u vrij om deze uitnodiging te delen met mensen in uw netwerk.

Graag tot 20 april,

Trudy Rood en Emil Evenhuis, Onderzoekers Planbureau voor de Leefomgeving

 

Programma woensdag 20 april 2023:

13.30    Ontvangst met koffie en thee

14.00    Opening door dagvoorzitter Sonja Kruitwagen

14.05    Welkom door Marko Hekkert, directeur PBL

14.15    Presentatie belangrijkste bevindingen PBL-onderzoek ‘Ruimte voor Circulaire Economie’ (met bijdragen van CE Delft, Bureau Buiten en BVR), door Trudy Rood en Emil Evenhuis, onderzoekers bij het PBL.

14.45    Reflecties vanuit de praktijk

Perspectief vanuit het bedrijfsleven op ruimte, knelpunten en kansen. Presentatie door Roland Amoureus, Directeur Public Affairs bij Renewi.
Rol en mogelijkheden van provincies. Presentatie door Ilse Zaal, Gedeputeerde provincie Noord-Holland voor economie, en portefeuillehouder ruimtelijke economie IPO.
Rol en mogelijkheden van nationaal beleid. Presentatie door Jurgen Geelhoed, MT-lid directie Regio bij Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

15.30    Korte pauze

15.45    Paneldiscussie met Roland Amoureus, Ilse Zaal , Jurgen Geelhoed, Cees-Jan Pen (Lector de ondernemende regio bij Fontys), en Koos Seerden (voorzitter van Commissie ruimtelijke ordening van VNO-NCW).

16.30    Afsluiting door dagvoorzitter Sonja Kruitwagen

16.35    Borrel

Lees verder
card image

Event

19-04-2023
Studiereis: innovatieve werklocaties en campussen in Nederland en België

Event

19-04-2023

Studiereis: innovatieve werklocaties en campussen in Nederland en België

Het kabinet zet vol in op het stimuleren van innovatieve ecosystemen, als onderdeel van een groen en strategisch industriebeleid. De regio vormt hierbij een cruciaal schaalniveau, omdat het aansluit bij veel mechanismen achter innovatieprocessen bij bedrijven. Daarnaast werkt het kabinet aan maatregelen om de arbeidsmarktkrapte tegen te gaan.

Op campussen en andere innovatieve werklocaties komen beide opgaven samen. Het zijn dé plekken waar kennis, kunde en kapitaal elkaar kruisen, met belangrijke spin-off naar de regionale arbeidsmarkt en economie. De aanwezigheid van talent is voor bedrijven een belangrijk motief om zich op een campus te willen vestigen, naast voorzieningen en het ecosysteem.

Het is dan ook niet gek dat bijna elke gemeente of regio in Nederland haar eigen innovatieve werklocatie of campus wil hebben. Dat hoeft écht niet altijd een universitaire campus te zijn. Kennis en ondernemerschap zit immers overal!

Tweedaagse studiereis
Na succesvolle edities in 2020 en 2022, organiseren vakblad BT en TwynstraGudde op woensdag 19 en donderdag 20 april een nieuwe tweedaagse ‘Studiereis innovatieve werklocaties en campussen’.

Kijk hier voor het volledige programma

De reis gaat door Nederland en België en voert langs:

  • Smart Campus Leerpark in Dordrecht, een mbo-campus die bedrijven naar zich toe haalt;
  • Open Manufacturing Campus (OMC) in Turnhout, een uit Philips voortgekomen bedrijvencampus met gedeelde (test)faciliteiten die succesvol is in het aantrekken van innovatieve maakbedrijven; de campus heeft de ambitie de meest productieve vierkante kilometer van België te worden;
  • Het Eindhovense Brainport Industries Campus (BIC), een duurzaam en innovatief werklandschap voor de hightechmaakindustrie. Hier innoveren en produceren bedrijven, overheden en onderwijsinstellingen onder één dak;
  • De Life Science Campus Pivot Park in Oss, die feitelijk uit een reddingsoperatie ontstond nadat medicijnfabrikant MSD zich gedeeltelijk terugtrok en de provincie Noord-Brabant, gemeente Oss en het ministerie van Economische Zaken MSD-onderzoekers in de gelegenheid stelden nieuwe bedrijven te starten in oude MSD-gebouwen. Inmiddels zijn en worden nieuwe gebouwen toegevoegd aan de campus, die onderdeel uitmaakt van een veel grotere lifescience-cluster, om in de vraag naar nieuwe bedrijfsruimte te kunnen voorzien. Provincie en gemeente staan nu voor de keuze om het campusvastgoed wel of niet te verkopen aan een externe investeerder.
     

Tijdens de reis, die onder inhoudelijke leiding staat van campusexpert Gregor Heemskerk (partner TwynstraGudde), onderzoeken we wat de leasons learned zijn van de bovengenoemde innovatiehotspots.

Centrale vraag is: hoe ontwikkel je een campus en wat komt daarbij kijken?
Op de campussen werken triplehelixpartners samen: het draait om kennisuitwisseling tussen bedrijven en onderwijsinstellingen, vaak gefaciliteerd door de overheid. Een belangrijke rol is daarbij weggelegd voor de campusorganisatie.

Wat doet zo’n campusorganisatie nu precies? En hoe wordt de campusorganisatie gefinancierd?
Aandachtspunt is dat de zeggenschap tussen productie, innovatie en onderwijs in evenwicht moet zijn. Als bedrijven gaan domineren, bestaat het risico dat het kortetermijnbelang gaat prevaleren. Maar als onderzoeks- en onderwijsorganisaties te veel invloed krijgen, dan is het risico dat er te weinig wordt doorgepakt.

Hoe zijn de vier hotspots met die spanning omgegaan?
Het bouwen van een campus vergt een lange adem. Het gaat dus om de kunst om community’s te vormen en te onderhouden, om bedrijven te trekken en om netwerken en ecosystemen te bouwen.

Welke instrumenten kunnen hiervoor worden ingezet? Hebben Dordrecht, Turnhout, Eindhoven en Oss hetzelfde handelingsrepertoire, of handelen zij toch weer net anders?

Kijk hier voor het volledige programma


Facts & Figures

2-daagse campusreis
19 & 20 april 2023
Kosten: € 1450,00 (ex. btw)
Compleet verzorgd inclusief maaltijden, consumpties, overnachting, mogelijke entreegelden, vervoer en reisbegeleiding. Tijdens de busreis wordt teruggeblikt op de inhoud. Deelnemers ontvangen een uitgebreid reisverslag met lessen.
Organisatie: BT en TwynstraGudde
Meer info en aanmelden

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

VNO-NCW Quickscan: Voortgang klimaatdoelen bij industriële bedrijven

Nieuws

Nieuws

VNO-NCW Quickscan: Voortgang klimaatdoelen bij industriële bedrijven

Hoe ver zijn industriële bedrijven met de klimaatdoelen van 2030 en 2050 en welke knelpunten zien zij bij hun transitie? VNO-NCW deed een quickscan onder leden uit de industrie.

Bekijk het rapport 'Klimaatbeleid in de industrie'

Minister Micky Adriaansens: "Het rapport van VNO-NCW laat goed zien wat er al gebeurt op het gebied van verduurzaming van de industrie, maar ook dat er meer moet gebeuren. Daarom wil de overheid met het Nationaal Programma Verduurzaming Industrie regie nemen en de verduurzaming versnellen. De verduurzaming van de industrie versnellen doen we onder andere door alle betrokken partijen samen te brengen en knelpunten aan te pakken. Voorbeelden van knelpunten zijn de vergunningverlening, capaciteit van energienetwerken en ruimte."
 

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

1e paal geslagen natuurinclusief distributiecentrum op Schiphol Trade Park

Nieuws

Nieuws

1e paal geslagen natuurinclusief distributiecentrum op Schiphol Trade Park

Dinsdag 21 maart is op Schiphol Trade Park in Hoofddorp de eerste paal geslagen van het nieuwe distributiecentrum dat Aan de Stegge Twello voor Rapid Logistics realiseert. Vanuit het duurzame ambitieniveau dat gebiedsontwikkelaar SADC voor dit business park heeft, is een duurzaam, natuurinclusief en toekomstbestendig warehouse met geïntegreerde kantoren en parkeeroplossing ontworpen.

Rapid Logistics zal naar verwachting eind 2023 vanuit de nieuwe locatie operationeel zijn. Opdrachtgever van het project is STP Logistics. Toekomstig eigenaar is Savills Investment Management. 

Stapje meer

Schiphol Trade Park heeft de ambitie het meest duurzame en innovatieve business park van Europa te zijn. Niet alleen door de toepassing van circulaire materialen en een ecologische visie bij de gebiedsontwikkeling, maar ook door naast de minimale hoge eisen op het gebied van duurzaamheid bedrijven uit te dagen nog een stap verder te gaan. Gebruikers worden door SADC gevraagd daarvoor een Value Added Plan uit te werken. Paul de Ruiter Architects heeft daarop een distributiecentrum ontworpen dat volledig natuurinclusief wordt gebouwd.

Andere thema’s in het Value Added Plan van Aan de Stegge Twello zijn ecologie, een inspirerende werkomgeving, duurzame energie oplossingen en de integratie in de omgeving: groene gevels, duurzame materialen, terrassen en verschillende dakniveaus bedekt met ‘groen’. De buitenruimte is ontworpen en voorzien van inheemse bomen en heesters, ter versterking van de lokale biodiversiteit en passend binnen de ecologische visie van Schiphol Trade Park voor het gehele gebied. Een fijne verblijfsplek voor medewerkers en dieren/insecten. Er wordt met circulaire materialen gebouwd, en het dak is voorzien van zonnepanelen om in de energiebehoefte van Rapid Logistics te voorzien. Mede door al deze toepassingen heeft het pand het BREEAM-label ‘Excellent’ verworven.
 
Evert Veerman, commercieel projectmanager Aan de Stegge Twello: “Er was veel creativiteit van alle betrokken partners voor nodig, maar niet voor niks. Het heeft geresulteerd in een prachtig toekomstbestendig bedrijfscomplex.” Het complex bestaat uit 19.923 m2 warehouse, 3.428 m2 kantoor, 3.220 m2 mezzanine en een royale geïntegreerde parkeervoorziening. Het ontwerp beschikt over een groot aantal ontmoetingsruimtes en een groene buitenruimte om de sociale cohesie en de tevredenheid van de werknemers te bevorderen. 

Michiel Rodermond, directeur Rapid Logistics: “Wij zijn vanaf het eerste moment bij de nieuwbouw betrokken geweest wat voor ons bedrijf, onze medewerkers en het distributiecentrum een meerwaarde heeft.”

Marcel Fleminks, directeur van Savills IM: “Het distributiecentrum voor Rapid Logistics heeft een ESG-profiel van de hoogste kwaliteit en voldoet aan de steeds toenemende duurzaamheidseisen van beleggers voor logistieke bedrijfsgebouwen. Iets waar we trots op mogen zijn.”

Eva Klein Schiphorst, directeur SADC: “Het is mooi te zien dat onze duurzame ambitie echt door de bedrijven wordt omarmd en hoe met de jaren de Value Added Plans steeds weer een stap verder gaan. Alleen samen kunnen we werklandschappen van de toekomst creëren.” 

Bij de planontwikkeling van het natuurinclusieve gebouw waren tevens Qbuz adviesbureau bouwconstructie, Drees & Sommer, Adviesbureau Becks en Batenburg Installatietechniek betrokken. 

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

Provincie Noord-Brabant en Etten-Leur gaan bedrijventerrein Vosdonk verduurzamen

Nieuws

Nieuws

Provincie Noord-Brabant en Etten-Leur gaan bedrijventerrein Vosdonk verduurzamen

Provincie Noord-Brabant, gemeente Etten-Leur, VNO-NCW Brabant Zeeland en de ondernemers op Vosdonk slaan de handen ineen voor de verduurzaming van bedrijventerrein Vosdonk. Op 20 maart 2023 ondertekenden gedeputeerde Anne-Marie Spierings, wethouder Ger de Weert en vertegenwoordigers van een aantal ‘koploper’ bedrijven het plan van aanpak van het project Grote Oogst Vosdonk.

De ondertekenaars willen Vosdonk gezamenlijk ontwikkelen tot een duurzame en toekomstbestendige werkomgeving. Zij werken samen aan duurzaam en slim gebruik van energie, een aangename, groene werkomgeving en duurzaam gebruik van grondstoffen en materialen. Voor de uitvoering is € 750.000 beschikbaar; zowel provincie, gemeente als het bedrijfsleven leggen ieder € 250.000 in.

Verduurzamingsambities

“Vosdonk heeft een grote uitdaging én ambitie op het gebied van energie", vertelt Anne-Marie Spierings (Energie en Circulaire economie). "Door in te zetten op besparing, meer duurzame opwekking, opslag en uitwisseling van energie levert de industrie bovendien een bijdrage aan het verminderen van de stikstofuitstoot. Met deze ondertekening starten concrete plannen om die ambitie – en andere verduurzamingsambities - waar te maken.” “De bedrijven op Vosdonk zijn van groot belang voor de Etten-Leurse economie", vervolgt Wethouder Ger de Weert (Duurzaamheid en Economie). "Ik ben er trots op dat zij zich samen met de provincie, VNO-NCW Brabant Zeeland en de gemeente inzetten om van Vosdonk een duurzaam bedrijventerrein te maken. Zo kan Etten-Leur rekenen op een bedrijventerrein dat klaar is voor de toekomst.”

Lokaal energienetwerk

Zo moeten de bedrijven in 2030 60% minder CO2 uitstoten en dat is geen kleine opgave. Het bedrijventerrein gebruikt 3 keer zoveel stroom als alle woningen in de gemeente bij elkaar, het elektriciteitsnet zit vol en de energiewet is nog niet aangepast. Toch zien de initiatiefnemers oplossingen in bijvoorbeeld een lokaal energienetwerk. Dat naast elektriciteit ook ruimte biedt voor waterstof en warmte. Hier doen de partijen verder onderzoek naar.

Klimaatadaptatie

Ook komt er meer ruimte voor groen en fiets- en wandelpaden langs bijvoorbeeld bestaande bedrijfstuinen. Dat is niet alleen voor een prettiger werkomgeving. Op deze manier is er ook aandacht voor klimaatadaptatie: voorkomen van hittestress en langer vasthouden van water zonder dat dat overlast veroorzaakt. Op het nieuw te ontwikkelen Fri-Jadoterrein zet de gemeente extra in op duurzaamheid en biodiversiteit. Zo komen er gebouwen met groene gevels en legt de gemeente groen aan om water op te vangen.

Circulair ambachtsplein

De partijen richten zich ook op volledig circulair gebruik van grondstoffen in 2050. Hiervoor vindt onderzoek plaats naar alle afvalstromen van de bedrijven op Vosdonk. Er zijn al bedrijven op Vosdonk die hiermee voorop lopen. De gemeente onderzoekt de haalbaarheid om de milieustraat om te bouwen tot een circulair ambachtsplein om meer grondstoffen te hergebruiken.

Grote Oogst

Vosdonk is 1 van de 13 terreinen van het provinciale programma Grote Oogst. Duurzame bedrijventerreinen zijn een belangrijke voorwaarde voor een toekomstbestendige economie en een goed en gezond woon- en vestigingsklimaat. Daarnaast kunnen bedrijventerreinen een grote bijdrage leveren aan onder andere de energietransitie, circulariteit, klimaatadaptatie en stikstofreductie: de 4 belangrijke pijlers van het project.

Bedrijventerreinen zijn vaak hitte-eilanden. Door integraal en gebiedsgericht (samen) te werken kunnen slimme oplossingen bedacht worden die impact hebben op meerdere thema's. Zo vangen groene daken niet alleen water op; ze koelen ook de omgeving en maken daarmee zonnepanelen efficiënter. En door lokaal (rest)materiaal te hergebruiken wordt energie bespaard en uitstoot van CO2 en stikstof voorkomen, bijvoorbeeld doordat er minder vervoersbewegingen nodig zijn.

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

Zo los je de leegstandsopgave op: verplaats 'scheefwerkers' van bedrijventerrein naar binnenstad

Nieuws

Nieuws

Zo los je de leegstandsopgave op: verplaats 'scheefwerkers' van bedrijventerrein naar binnenstad

Ruim een kwart van de bedrijven op bedrijventerreinen hoort vanwege hun gebruiksfunctie en milieuruimte niet op een bedrijventerrein thuis. Deze bedrijven verhouden zich over het algemeen prima tot andere stedelijke functies en bieden een oplossing voor de knellende leegstandsopgave in de binnenstad. Dat betoogt Theo Föllings, voorzitter van de Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland, SKBN.

Uit onderzoek van economisch geograaf Gerlof Rienstra samenwerking met de Stichting Kennisalliantie Bedrijventerreinen Nederland (SKBN) blijkt dat circa twee derde van de activiteiten die op een bedrijventerrein plaatsvindt een lagere milieucategorie heeft dan op dat bedrijventerrein is toegestaan. Een op de vier activiteiten hoeft vanwege de gebruiksfunctie zelfs helemaal niet op een bedrijventerrein te zitten. Deze activiteiten betreffen meestal voorzieningen als sport, gezondheid, onderwijs en winkels of gebouwen met een kantoorfunctie.

Als deze bedrijven elders in de stad hun plek vinden, speel je kostbare milieuruimte op bedrijventerreinen vrij waar op het moment een groot tekort aan is. De afgelopen vijf jaar alleen al verdween een oppervlakte van 46 vierkante kilometer aan bedrijventerreinen uit stedelijk gebied, vaak omdat er woonwijken kwamen. Het gaat om ruimte voor vitale functies, zoals bijvoorbeeld de verwerking van circulaire reststromen.

Scheefwerkers
Anderzijds kan het verplaatsen van bedrijven die geen of nauwelijks hinder veroorzaken, zogenaamde ‘scheefwerkers’, naar stadscentra de gewenste reuring daar terugbrengen. Centra van veel steden kampen de afgelopen jaren met een terugval van hun winkelfunctie. In slechts een op de tien middelgrote centra en binnensteden ligt de leegstand op of onder een gezond niveau van 4 à 5 procent, aldus Stec Groep. Alleen al in middelgrote steden staat 460.000 vierkante meter aan winkelvloeroppervlak leeg. Er ligt nog altijd een grote transformatieopgave.

Leegstaande winkelruimte wordt nog te vaak klakkeloos omgekat naar woonruimte. Maar wonen is een relatief passieve activiteit die zich vaak slecht verhoudt tot de dynamiek in centra van steden. Het is ook een misvatting dat bewoners altijd draagvlak genereren voor typisch stedelijke voorzieningen zoals horeca, schreef ik eerder in dagblad Trouw. Winkel en werk- of vrijetijdsfuncties vullen elkaar dan weer wel goed aan. Werknemers kunnen in het centrum terecht voor een broodje of gewoon voor een bezoek aan de winkel. Voor ontmoetingen die niet zelf op het kantoor kunnen plaatsvinden biedt het centrum alle gelegenheid.

Mixen
Wellicht kunnen we voor inspiratie naar het buitenland kijken: in steden als Londen wordt al in belangrijke mate geëxperimenteerd met een nieuwe vorm van mixen van bedrijfsruimtes en winkels, die verder gaat dan een winkel in een plint, maar ook lichte industriële activiteiten betreft: de New London Mix. Voor deze nieuwe mixvormen is het echter belangrijk dat hiervoor ruimte geborgd wordt, omdat de grondopbrengsten van industriële activiteiten vaak niet in verhouding staan tot de grondopbrengsten uit wonen. Aan de slag ermee, zou ik zeggen!

Dit artikel werd gepubliceerd in
Cobouw.

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

Verandering nodig voor groene gezonde bedrijventerreinen

Nieuws

Nieuws

Verandering nodig voor groene gezonde bedrijventerreinen

Het duurzaam, natuurinclusief en klimaatbestendig inrichten van bedrijventerreinen stond centraal tijdens de Groene Gezonde Bedrijventerreinen Estafette die op dinsdag 7 maart werd gehouden in Deventer. In de Gasfabriek waren ruim zeventig belangstellenden aanwezig om te luisteren én zelf aan de slag te gaan.

Hoofdspreker was voormalig rijksbouwmeester Floris Alkemade die zijn visie deelde over hoe de grote opgaven van deze tijd het best aangepakt kunnen worden. Fundamentele veranderingen in denken en handelen zijn daarbij volgens hem noodzakelijk. ‘Zoals we nu bezig zijn, gaat ten koste van onvervangbare schoonheid’, hield hij de zaal voor.

Metro Mix
Hij pleitte voor tranformative change: een ander manier van zaken aanpakken en het niet op de geëigende manier doen. Dat betreft volgens Alkemade zowel de sociale en economische als de technologische structuren van onze maatschappij in de komende 30 jaar. ‘Het verhaal moet niet gaan over hoe moeilijk het is om te veranderen, maar over wat we willen met die verandering. De tijd is op om zaken door te laten gaan zoals ze nu gaan.’

Met betrekking tot groene, gezonde bedrijventerreinen noemde Alkemade de Metro Mix (‘een mooie gereedschapskist’) waarin handvatten worden gegeven hoe we verschillende vormen van wonen en werken kunnen mengen in transformatiegebieden. Het komt volgens de voormalig rijksbouwmeester aan op: hoe kunnen we dat spoor van verwoesting niet achter ons laten.

Ondernemersplan
Arap-John Tichelaar, directeur van inkooporganisatie Transferro in Zwolle en voorzitter van de ondernemersvereniging van bedrijventerrein Hessenpoort, vertelde over de vergroening van het bedrijventerrein in Zwolle. Hij legde de nadruk op het eerst maken van een eigen ondernemersplan en het vinden van financiële bronnen om dan naar de gemeente te gaan. ‘Gemeenten willen graag één aanspreekpunt, dus het helpt als er een organisatie is: een ondernemersvereniging of een BIZ, een bedrijveninvesteringszone.’ Hij gaf overheden het advies: daag ondernemers uit.

Workshops
Het middaggedeelte van de bijeenkomst bestond uit zes workshops over onder andere publiek-private samenwerking, het belang van biodiversiteit, het versnellen van verduurzaming, vergroenen van bedrijventerreinen, en het ontwerpen van groen en gezond.

Zuid-Holland
De bijeenkomst was georganiseerd door Provincie Overijssel, De Natuur en Milieufederaties, NL2025, Kennisnetwerk Regionale Economie Overijssel, Natuur voor Elkaar, Stichting Steenbreek en SKBN.

De volgende Groene Gezonde Bedrijventerreinen Estafette is op dinsdag 20 juni in Zuid-Holland.

Lees verder

Nieuws

card image

Nieuws

Wonen, wonen, wonen: ‘Te sectorale partijprogramma’s helpen niet bij oplossen woningnood’

Nieuws

Nieuws

Wonen, wonen, wonen: ‘Te sectorale partijprogramma’s helpen niet bij oplossen woningnood’

Over stedelijke ontwikkeling zijn de partijprogramma’s voor de provinciale statenverkiezingen van aanstaande woensdag helder. Wonen staat met stip bovenaan. Maar als sectorale opgave. Lector Cees-Jan Pen mist bij al het ‘woongeweld’ een duidelijke koppeling met de opgaven in binnensteden en op kantoorlocaties. ‘Laat ruimtelijke ordening leidend zijn voor het oplossen van de woningnood, en niet de woningnood voor de ruimtelijke ordening.'

‘Ruimtelijke ordening moet leidend zijn voor het oplossen van de woningnood. Het is nu vaak andersom. Dat leidt tot ruimtelijke ordening-ongelukken zoals in het Amsterdamse en Zaanse havengebied, vertraging en uiteindelijk minder huizen.’

Dat zegt Cees-Jan Pen, lector de Ondernemende Regio aan de Fontys Hogeschool, na analyse van de provinciale verkiezingsprogramma’s. Hij spitte samen met collega-lectoren Danielle Arets en Bart Wernaart en een aantal data-analisten de programma’s door op thema’s als wonen, binnensteden, kantoren, gebiedsontwikkeling, bedrijventerreinen. Wonen wordt in de programma’s ruim tien keer zo vaak genoemd als binnensteden, kantoren en bedrijventerreinen.

‘Niet onverwacht, wel risico’s’

‘Het is niet helemaal onverwacht dat bouwen, bouwen, bouwen voorop staat, maar juist provincies zijn verantwoordelijk voor integrale ruimtelijke ordening. Des te vreemder is het dat de maatschappelijke druk op wonen ook hier leidt tot te sectoraal denken met het risico dat dit de aanpak van woningnood juist extra vertraagt.’

Zo wijst Pen op het recente nieuws dat de gemeente Zaanstad haar woningbouwambities op bedrijventerrein Achtersluispolder heeft moeten terugschroeven naar 2.500 huizen. De aanvankelijk geplande bouw van 10.000 huizen blijken niet te verenigen met de al aanwezige industrie. Bovendien wil Zaanstad de werkgelegenheid niet kwijt.

Misschien speelt ook het ‘trauma’ van vier jaar geleden nog een rol, toen de Raad van State een streep zetten door de woningbouwplannen op het Hembrugterrein. Volgens de Amsterdamse ondernemersvereniging ORAM lag de kiem hiervoor in het ‘slechte omgevingsproces’, waarin álles moest wijken voor woningbouw.

Uiteindelijk vernietigde de bestuursrechter het bestemmingsplan op het verkeerd toepassing van de zeehavennorm, die extra geluidsbelasting op de geplande 1.000 woningen nabij de havenindustrie mogelijk zou maken. Voorlopig staat er niet één huis.

Binnensteden van de agenda

‘De woningbouw is niet gebaat bij sectorale, maar vooral bij integrale ambities’, zegt Pen. ‘Zeker de provinciale politiek moeten het geheel overzien. Zij moeten immers de ruimtelijke puzzel leggen.’

Daarbij moet volgens de economisch geograaf ook nadrukkelijk worden gekeken naar de transformatieopgave in grote en kleine binnensteden. Hij stelt dat daar tot wel tien tot twintig procent van de woningbouwopgave is weg te zetten.

Maar uit de data-analyses blijkt dat juist die binnensteden nagenoeg uit de provinciale partijprogramma’s zijn verdwenen. ‘Vier jaar geleden waren ze nog prioriteit. We hebben zowel op de termen ‘binnenstad’, ‘binnensteden’ als ‘retailagenda’ en ‘winkelgebieden’ gezocht. We kregen nu bijna geen hits.’ De partijprogramma’s in de provincie Limburg vormen een uitzondering.

‘Blijkbaar is de indruk bij de politiek gewekt dat het werk erop zit. Terwijl we na jaren van overleg, analyses en voorbereidingen eindelijk gestart zijn met de uitvoering van de transformatie van binnensteden’, zegt Pen.

‘De retailsector zit nog steeds in zwaar weer, niet alleen door blijvende groei van online winkelen. De leegstand is stabiel gebleven als gevolg van transformatie van winkelpanden. Veel winkeliers kunnen momenteel de huurindexaties niet betalen. Het volume aan winkelruimte is nog altijd te groot.’

‘Dat we juist in onze binnensteden enorm veel huizen kwijt kunnen lijkt een blinde vlek voor de partijen. Ook de woordcombinaties van wonen met binnenstad of dorpskernen leverde vrijwel niks op. Dit is des te vreemder omdat vitale kleinere centra cruciaal zijn voor de leefbaarheid van het platteland, waar menig provinciaal verkiezingsdebat nu over gaat.’

Vrijkomende kantoorlocaties

Ook kantoren en kantoorlocaties komen relatief weinig terug in de verkiezingsprogramma’s. Pen: ‘Ik vind dat frappant, aangezien ook hier een gigantische transformatiekans ligt. Er kan namelijk een golf van leegstand aankomen in verband met de wettelijke eisen voor energie-labels van kantoren, die in de praktijk vaak niet wordt gehaald.’

‘Dat betekent dat er moet worden geïnvesteerd in deze panden, waardoor transformatie rendabeler wordt. Dit geldt zeker voor kantoorlocaties aan de rand van de stad, waarvan het de vraag is of eigenaren er überhaupt nog in willen investeren als kantoorfunctie. De markt voor kantoren is structureel veranderd, waarbij beleving en locatie er steeds meer toe doen en de vraag naar meters daalt. Transformatie naar wonen ligt dan het meest voor de hand.’

Dat geniet volgens Pen de voorkeur boven transformatie van bedrijventerreinen naar wonen. Want juist aan stedelijke bedrijventerreinen is een tekort en deze gebieden zijn cruciaal voor het ruimtelijk faciliteren van de energie en circulaire transitie, aldus de lector.

Maar ook die koppeling tussen kantoren en woningbouw wordt volgens Pen in de programma’s niet gelegd. ‘Het is bouwen, bouwen, bouwen, wonen, wonen, wonen. Dat je werk met werk kunt en zal moeten maken zoals bij transformatie van binnensteden en de noodzakelijke aanpak kantoren met te lage energielabels, blijft totaal onderbelicht.’

Bedrijventerreinen beter benutten

Bedrijventerreinen en ruimte voor werken komen wél terug in de partijprogramma’s. Dit thema bleef tijdens de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 nagenoeg onbenoemd.

Pen: ‘De provinciale programma’s stemmen wat dat betreft iets hoopvoller. Maar gezien het maatschappelijk debat over verdozing vind ik het nog wat zuinigjes. De provincie Noord-Brabant is hier wel een positieve uitzondering. Daar lijken partijen zich bewust dat de grenzen van grootschalige logistiek zijn bereikt en de hallen duurzaam ruimtelijk ingepast moeten worden. In andere ‘logistieke’ provincies als Gelderland, Overijssel en zeker Limburg is dit veel minder het geval.’

Verder leren de provinciale partijprogramma’s volgens Pen dat vrijwel iedereen bestaande bedrijventerreinen beter wil benutten. ‘Op de korte termijn kost dat capaciteit en geld. Op de lange termijn is dat een verdienmodel. In de programma’s staat niets over middelen en te ontwikkelen acties en instrumenten. Maar als dit zo breed beloofd wordt, kan daar in de uitwerking van de coalitieakkoorden natuurlijk wel een claim op worden gelegd.’

Ruimte voor wonen domineert echter zo in de programma’s, dat Pen vreest dat het bij mooie woorden blijft en ruimte werken onder druk blijft staan. ‘Natuurlijk is er woningnood en dat is erg, maar het gevaar is gewoon groot dat ruimte voor werken in het geding komt. Mede doordat er weinig mensen en middelen zijn voor bedrijventerreinen en de politiek en samenleving vaak zonder kennis van zaken bedrijventerreinen ziet als lelijk, arbeidsextensief en blokkendoosgebied.’

Waar mogelijk moeten functies worden gecombineerd en de woonopgave verbreed worden tot woon-werkopgave. Pen: ‘Ik zou de provinciale politiek willen aanmoedigen juist ruimtelijke ordening leidend te laten zijn voor het oplossen van de woningnood, en niet de woningnood leidend laten zijn voor de ruimtelijke ordening.’

Lees verder