Parkeerplaats als lokale energiecentrale
Leerervaringen PowerParking Dronten

Steeds meer mensen en bedrijven leveren stroom terug aan het elektriciteitsnet. Dat net slibt dicht. Toch moet de stimulans van duurzaamheid blijven (groeien). Nog meer zonnepanelen op land? Ruimte is ook in Flevoland niet oneindig. Wat biedt gebruikte ruimte aan kansen? Genoeg.

Parkeerterreinen zijn bij uitstek driedubbel te benutten: parkeren, laden en opwekken. De parkeerplaatsen krijgen een dak van zonnepanelen. De hiermee opgewekte zonne-energie wordt lokaal gebruikt. Door het toepassen van slim energiemanagement wordt de noodzaak van een zwaarder elektriciteitsnet voorkomen. En ook belangrijk: elektrisch rijden krijgt een impuls. Het project PowerParking was daar!

Project PowerParking

“Parkeren, laden en m’n auto staat droog. En de overkapping ziet er verrassend fraai uit.” Zomaar een reactie uit de gemeente Dronten, waar PowerParking sinds voorjaar 2021 volop in gebruik is. In dit EFRO*-project steken provincie Flevoland, gemeente Dronten, TU Delft, Eneco, Lelystad Airport, Lelystad Airport Businesspark en Alfen samen energie. Wat zijn de leerervaringen tot nu toe? 
* EFRO: Europees Fonds Regionale Ontwikkeling

Nieuwsgierig naar deze ervaringen? Meld je dan uiterlijk 17 maart hier aan voor de eindconferentie PowerParking.

Wanneer: 31 maart 2022
Tijd: 13:00 – 17:15 uur
Locatie: theater De Meerpaal in Dronten

 

Conceptprogramma eindconferentie PowerParking

13:00 – 15:00 uur Welkom en plenair deel

  • Opening door wethouder Dronten en gedeputeerde Flevoland
  • Programma Kansen voor West III – subsidiekansen voor de energietransitie
  • Presentatie PowerParking
  • Kansen en knelpunten voor uitrol
  • Bezoek aan de PowerParking locatie

15:00 – 16:15 uur Workshops

Ronde 1: keuze uit:

  • Praktijkervaringen bij de ontwikkeling van PowerParking
    Gemeente Dronten en Eneco
  • Ontwikkeling van een solar carport in een wijkaanpak
    Spreker nog niet bevestigd
  • Onderzoeksresultaten PowerParking in congestiegebied
    TU Delft (Engels gesproken)
  • Waar gaat het naartoe met elektrisch rijden?
    MRA-elektrisch

Ronde 2: keuze uit:

  • Slim energiemanagement / de rol van de batterij
    PetaWatts
  • De business case 
    Eneco met Merosch
  • Onderzoeksresultaten CO2-emissiereductie van het systeem
    TU Delft (Engels gesproken)
  • Ontwikkeling van een kleine solar carport
    Spreker nog niet bevestigd

16:15 – 17:15 uur Afsluiting en netwerkborrel

 

Ik meld me aan

 

Na je aanmelding ontvang je in maart een bevestiging van het programma. Dan kun je ook je keuze voor de twee workshops doorgeven. Tijdens de conferentie houden we rekening met de dan geldende coronamaatregelen.

Voor meer informatie kun je bellen naar Karin Maatje van de provincie Flevoland,
telefoonnummer 06 - 27588737. Of stuur een e-mail naar: [email protected]

Download hier de uitnodiging.

Event
BT Event: ‘Sturende bedrijventerreinen, ruimte maken voor transities’
BT Event: ‘Sturende bedrijventerreinen, ruimte maken voor transities’

‘Sturende bedrijventerreinen – ruimte maken voor transities’ is hét thema van het 19e BT Event op donderdag 14 november in De Fabrique in Utrecht. Want naast een faciliterende rol door het accommoderen van ruimtevragen, hebben de 3800 bedrijventerreinen in Nederland als vitale infrastructuur per definitie een sturende impact op de wereld van morgen. Door te kiezen welke ruimtevragen je wel of niet accommodeert, welke activiteiten je wáár accommodeert, welke circulaire stromen je mogelijk maakt, hoe je ruimte biedt aan opwek en opslag van energie en hoe je een vruchtbare bodem legt voor innovatieclusters, kun je transities helpen versnellen. De ruimte en activiteiten op bedrijventerreinen hebben daarin een cruciale rol.  Het borgen van ruimte voor stadsverzorgende (circulaire) bedrijvigheid en praktische banen in de nabijheid van bevolkingsconcentraties, is een nadrukkelijk doel van gemeenten die bij gronduitgifte steeds vaker op maatschappelijke waardecreatie sturen.  Waar ruimte en grond al zijn vergeven, willen overheden – zo goed en kwaad als het gaat – regie terugpakken op bedrijventerreinen. Creatief omgaan met bestaande/beschikbare ruimte door beter benutten, intensiveren, stapelen en mixen vergroot zowel de maatschappelijke als economische output. Op nationaal niveau ontstaat – gevoed vanuit meervoudige schaarste – een nieuw paradigma van ‘keuzes maken’. Selectieve groei en het mogelijk afschalen van economische sectoren die veel ruimte vragen, maar een beperkte economische en maatschappelijke waarde genereren, zijn geen taboes meer. Tegelijk dringt het besef door dat bepaalde sectoren door digitale en circulaire transities juist méér ruimte nodig hebben. Denk daarbij aan grootschalige (data)logistiek, en de opslag/verwerking van reststromen. Deze relatief nieuwe ruimtevragers moeten zo goed mogelijk worden ingepast. Zowel fysiek-ruimtelijk, als binnen een duurzaam economisch-ruimtelijk systeem. Op het BT Event in Utrecht gaan we, samen met onze partners Provincie Utrecht, Gemeente Utrecht, Gemeente Amersfoort en de NV OMU, aan de slag met de sturende rol die bedrijventerreinen kunnen oppakken. Met een duidelijke focus op processen, praktische oplossingen, financierbaarheid en uitvoerbaarheid. HOUD DE CONGRESSITE IN DE GATEN VOOR MEER INFO.  

14-11-2024
Nieuws
Meerlaags bedrijfsvastgoed? Durf ambitie te tonen!
Meerlaags bedrijfsvastgoed? Durf ambitie te tonen!

Wil je de lucht in om meer economische functies kwijt te kunnen in hetzelfde gebied, dan zul je als gemeente de markt een beetje moeten helpen, of zelf het goede voorbeeld moeten geven.Uitzonderingen daargelaten, pakt de markt gestapelde bedrijfshuisvesting niet vanzelf op. Amsterdam is wat dat betreft nog lang geen Hong Kong. Tijdens het seminar ‘De kansen voor gestapelde bedrijfsruimte’, georganiseerd door PHB, Gemeente Amsterdam, SKBN en BT, stonden tegenover internationale voorbeelden concrete Nederlandse cases die laten zien onder welke condities stapelen ook in Nederland mogelijk is. Een van de voorbeelden die de nodige opwinding, of huiver, veroorzaakte was het gebouw ATL Logistics Centre van Goodman in Hong Kong. Een logistieke hal van minstens 10 lagen met een enorme ‘ramp’ waarover vrachtwagens naar boven kunnen rijden. Marije Groen, senior consultant bij Buck Consultants International liet het plaatje zien aan de hand van een case in Rotterdam, en constateert zelf dat de Nederlandse grondprijs van circa 350 euro per vierkante meter kavel niet dermate hoog is dat zo’n project hier financieel zou uitkunnen. Daarvoor zou de grondprijs van de kavel zo’n 450 euro per vierkante meter kavel moeten zijn. Stapelen is namelijk duur. En hoe hoger je stapelt, hoe meer kolommen je nodig hebt. Vervolgens blikten we met Paul van Dijk, adviseur bij Akro Consult, op de mogelijkheden die het grondinstrumentarium biedt om te sturen op stapelen, naast planologische regels. Dat leverde een aantal interessante inzichten op. Zo verwacht Van Dijk dat gestapelde bedrijfsruimte in Nederland voorlopig een nichemarkt zal blijven. En om de hoogte in te kunnen, zul je behalve passende én residuele grondprijzen, ook grote kavels van minstens een hectare met voldoende milieuruimte nodig hebben. Die zijn in stedelijke omgevingen, waar je juist die gestapelde bedrijfsruimte wil, niet altijd even makkelijk te vinden. Casus – The New Farm in Den Haag Zo leerde The New Farm – een gestapeld bedrijfsruimteconcept in een voormalige Philips-fabriek in hartje Den Haag – dat je gestapelde bedrijfsruime niet louter moet zien als efficiënte ruimteoplossing, maar dat het ook ‘boeiend’ mag en zelfs moet zijn om bedrijven over de streep te trekken zich in zo’n gebouw te vestigen. Een van de randvoorwaarden om stapelen succesvol uit te rollen over de stad, aldus Roderik Wuite, voormalige directeur van The New Farm. The New Farm zoekt dat onder meer in een grote verscheidenheid aan bedrijven die zich inmiddels op de zes vloeren gevestigd hebben. Dat was we een planologische uitdaging, waarbij verschillende bestemmingsplannen van postzegelniveau zijn opgesteld pér gebruikscategorie, aldus Corine Keus, die als architect aan de basis stond van de opmerkelijke transformatie van het complex en nog steeds betrokken is. The New Farm is met publieke middelen tot stand gekomen en Starterspanden BV exploiteert het project not for profit. Inmiddels kan het door de hoge bezettingsgraad volgens Wuite wel net uit. Casus – Makerstoren in Amsterdam De Makerstoren in Amsterdam is een particulier project van de ontwikkelende ondernemers Duncan Stutterheim en Ian Grey. In tegenstelling tot The New Farm geldt voor de Makerstoren, waarvan de bouw in april gestart is, een maximale milieucategorie van 3.1. Voor een bierbrouwerij (5.1) zoals The New Farm huisvest is in de Makerstoren geen plaats. Maar de ontwikkelaars stellen, mede vanuit de erfpachtvoorwaarden vanuit de gemeente Amsterdam, ten minste de eis dat er ‘iets fysieks wordt geproduceerd’. Maar uiteindelijk betaalt dat de hoge ontwikkelkosten niet en de Rabobank kon enkel over de streep worden getrokken door de ontwikkeling van 49 serviced apartments aan de kopse zijde van het gebouw. Een creatieve oplossing die valt of staat met de vraag naar deze long stay verblijven. Om die aantrekkelijker te maken zorgde architect Allard Meine Jansen ervoor dat die uitkijken op de stad en het recent aangelegd Rhônepark. De ‘makers’ moeten het doen met Westpoort. Na een panel met Jurriaan van den Eijkhof (ORAM), Martijn Overmulder (Gemeente Amsterdam), Klaas T. Bakker (Bedrijvencentrum Akerpoort) en Bert Hesselink (CTP) probeerden moderators Frank Voorbergen (PHB) en Jan Jager (vakblad BT) de lessen te destilleren uit een interessant uitwisseling van ervaringen en gedachten. Dat resulteerde in de volgende learnings: Zoek regelruimte op Meerdere gebruikers in een gebouw kan conflicten opleveren. In milieutechnisch opzicht kan dit opgelost worden, toont The New Farm, met op één verdieping zelfs twee milieucategorieën. Minimale bouwhoogte Een optie die voorbijkomt is het hanteren van een minimale bouwhoogte in een omgevingsplan. Volgens Paul van Dijk gaat ons ruimtelijk ordeningsbeleid vaak uit van maximale waarden, maar kan ook geëxperimenteerd worden met een ondergrens. Daag de markt uit! In het geval van uitgifte kan de gemeente bij planselectie specifieke eisen stellen ten aanzien van gestapeld bouwen. Denk bijvoorbeeld aan het uitzetten van een tender. Dat leidt tot creativiteit in de markt. Stimulerend uitgiftebeleid Als je als gemeente werk wilt maken van stapelen, dan kun je naast het inzetten van planregels, waar het nog mogelijk is, financiële stimulansen meegeven via het uitgiftebeleid. Denk bijvoorbeeld aan het toestaan van een negatieve grondprijs bij residueel rekenen, kortingen op de bvo-prijs bij stapelen, een experimentele vaste plotprijs waardoor stapelen – tot op zekere hoogte – loont, of een omzet gerelateerde “ingroei” canon. Geef zelf het goede voorbeeld The New Farm en ook Industria in Londen, beide geïnitieerd door de lokale overheid, zijn in zekere zin ‘showcases’ die laten zien wat de meerwaarde van gestapelde bedrijfsruimte kan zijn, en met dat doel gerealiseerd zijn door de gemeente of publiek ontwikkelingsbedrijf. Soms moet je als stad het goede voorbeeld geven. Toon ambitie op bestuurlijk niveau Als het de stad menens is, dan is commitment van het stadsbestuur onontbeerlijk. Bijvoorbeeld om de keuze te experimenteren met de grondprijsmethodiek (eventueel als pilot), met het stimuleren van stapelen en duurzaam ruimtegebruik als doelstelling. Een klein voorbeeld: zo hanteert Amsterdam nu nog een ondergrens voor grond van ruim 200 euro/m2 bvo, terwijl je, als je residueel rekenen letterlijk neemt, de prijs onder de nul kan laten zakken. Daarmee zouden minder andere functies zoals serviced apartments nodig zijn om de businesscase rond te rekenen. Wanneer de gemeente te rigide vasthoud aan bestaand normatief residueel grondprijsbeleid en niet echt residueel rekent, zal dat er toe leiden dat eigenaren op bedrijventerreinen niet of slechts beperkt investeren in hun vastgoed. En daarmee komt er niet de zo gewenste stapeling van bedrijfsruimte van de grond, waarmee verdichting en extra grondopbrengsten uitblijven. Maak het onderdeel van een gebiedsontwikkeling Stapelen vindt al op vele niveaus plaats, laat Marije Groen van BCI zien. Zie gestapelde bedrijfsruimteconcepten daarom als onderdeel van een grotere gebiedsontwikkeling. Daarmee kan er binnen een gebiedsontwikkeling makkelijker verevend worden en onrendabele investeringen toch worden gedaan door de markt. Denk groot, durf van postzegelaanpak af te stappen Een nuttige tip van Bert Hesselink (CTP), die graag wil investeren in gestapelde bedrijfsruimte, maar enkel als het body heeft. Mede om die reden zijn de investeringen van CTP in Nederland nog beperkt en kijkt CPT meer naar investeringen in de brownfields in bijvoorbeeld Duitsland. Een ontwikkelingsmaatschappij als de Utrechtse OMU zou van pas kunnen komen om een interessante propositie (voldoende schaal) voor grote investeerders als CTP voor te bereiden. Onderhandelen kan leiden tot mooie win wins Het beeld dat ondernemers niet willen of kunnen stapelen, wordt even gecorrigeerd door Klaas T. Bakker, die met zijn bedrijvencentrum Akerpoort een FSI 1,3 realiseerde. Niet allemaal voor productieve bedrijven, maar toch. Als hij de lucht in gaat, tikt de gemeente extra grondkosten af. Maar hoeveel, daar valt altijd over te onderhandelen, als het maar tot een win-win situatie leidt. Bakker gelooft daarbij in het betrekken van bestaande eigenaren in herontwikkelingsprojecten waarin gestapeld wordt, ook als het gaat om financiering. Dit kan door te werken met financiële participaties. Ondersteun initiatiefnemers Hoewel er grote schaarste is aan bedrijfshuisvesting, zijn eindgebruikers vaak nog onvoldoende in beeld in de ontwikkelfase van bedrijfsgebouwen. Eindgebruikers missen zelf ook de tijd en expertise.   Door deze vanuit gemeente en/of ontwikkelaar beschikbaar te stellen, bijvoorbeeld in de vorm van gespecialiseerde architecten (zoals in Tilburg) of een werkcorporatie (waar in Amsterdam aan gewerkt wordt), kan het belang van de ondernemer, die natuurlijk een sleutelpositie heeft t.a.v. het haalbaar maken van een functioneel werkgebouw, in een vroegtijdig stadium meegenomen worden.  

02-07-2024
Nieuws
Bredere fietspaden en voorrang voor fietsers op doorfietsroute Lage Weide – Nieuwegein - Houten
Bredere fietspaden en voorrang voor fietsers op doorfietsroute Lage Weide – Nieuwegein - Houten

Bredere fietspaden, voorrang op kruisend verkeer en meer bomen en groen: zo wil gemeente Utrecht het aantrekkelijk maken om de fiets te nemen van Lage Weide naar Houten en andersom. Met het 14 februari verstuurde startdocument maakt het college van Utrecht een begin met de uitwerking van dit project. Utrecht, Nieuwegein, Houten en de provincie Utrecht willen het aantrekkelijker maken om de fiets te nemen op de route Houten, Nieuwegein, Papendorp, Leidsche Rijn, Lage Weide. Daarom verbeteren we de verkeersveiligheid, het fietscomfort en de aantrekkelijkheid van de route. Vergroening hoort daar ook bij. Hiermee werken we aan een bereikbare, gezonde en aantrekkelijke regio.    De route loopt in Utrecht op Lage Weide vanaf de kruising met de Niels Bohrweg over de Atoomweg en Elektronweg naar het Amsterdam-Rijnkanaal. De route volgt de westelijke oever van het kanaal tot de gemeentegrens met Nieuwegein.    De infrastructuur is op grote gedeelten van de route in de gemeente Utrecht al in goede staat. De overige delen verbeteren we. Op de Atoomweg hebben we extra aandacht voor het verkeer dat de fietsroute kruist. We verbreden het fietsbruggetje bij de Oude Vleutenseweg, langs het Amsterdam-Rijnkanaal. We maken de situatie veiliger bij de uitrit van de aluminiumfabriek Nedal waar vrachtverkeer en twee doorfietsroutes elkaar kruisen. We realiseren een fietsstraat bij de ingang van de busremise en een veiliger situatie voor bussen en fietsers.   Daarnaast verbeteren we over de gehele route de kwaliteit door de fietspaden waar mogelijk te verbreden naar vier meter en door fietsers op de route voorrang te geven op kruisend verkeer. Om fietsers uit aangrenzende buurten beter naar deze route te leiden, sluiten we toeleidende routes goed aan. Tot slot voegen we zo veel mogelijk bomen en ander groen toe aan de route. Alleen dan kan het een aantrekkelijke route worden langs het Amsterdam Rijn-Kanaal en het nu nog erg stenige Lage Weide.

14-02-2024
Aanmelden nieuwsbrief