De voorgenomen aankoop van Brainport Industries Campus door Eindhoven markeert een trend dat overheden campussen als ‘maatschappelijk vastgoed’ omarmen, stellen kenners. ‘We zullen vaker zien dat campusvastgoed in publieke handen zal blijven.'

Campusvastgoed raakt bij vastgoedinvesteerders steeds meer in trek. Maar de gemeente Eindhoven wil Brainport Industries Campus (BIC) juist kopen ván een belegger. Volgens economiewethouder Stein Steenbakkers is de voorgenomen aankoop van BIC-1 van strategisch belang, omdat de campus een middelpunt is van hightechinnovatie. 

Het Britse Capreon nam de campus in 2020 over, maar benaderde de gemeente afgelopen zomer voor een mogelijke verkoop. ‘Het gaat om cruciale economische infrastructuur, daar willen we grip op houden. Nu we de kans hebben de campus te kopen, grijpen we die met beide handen aan’, aldus Steenbakkers.

‘Bij campussen en scienceparken is het deurbeleid zeer belangrijk: wie mag zich vestigen op de campus en wie niet’, zegt Gregor Heemskerk, partner bij Twynstra Gudde en jarenlang betrokken bij de eerste fase van BIC. ‘BIC-1 is een private campus waar eigenlijk het enige sturingsmiddel het bestemmingsplan is. Daarmee heb je als gemeente, maar beperkt grip op de activiteiten. Daarom wil de gemeente het kopen.'

Heemskerk weet te vertellen dat de volgende fasen van BIC gedeeltelijk of geheel op grond van de gemeente worden gerealiseerd en de grond, voor zover die van de gemeente is, in erfpacht worden uitgegeven. 

Daarmee zou Eindhoven een sterker instrument in handen hebben om te sturen op het gewenste gebruik. ‘Bij erfpacht kan je makkelijker eisen stellen ten aanzien van huurders. Het kan zelfs zover gaan dat de gebouweigenaar voor elke nieuwe huurder toestemming moet vragen aan de gemeente.’

Hij vervolgt: ‘Als eigenaar van gebouwen heb je uiteindelijk natuurlijk het meeste grip. Dan kan je ook sturen op de mix van huurders, bijvoorbeeld als je ruimte wilt reserveren voor partijen die minder huur kunnen betalen, zoals startups of onderwijsinstellingen. Dat zijn gebruikers die goed zijn voor de campus en het ecosysteem, maar minder goed voor een private vastgoedbelegger die primair uit is op rendement.’ 

Oost NL: langdurige betrokkenheid vaker gewoonte

Waar aandeelhouders bij investeringen door regionale ontwikkelingsmaatschappijen vaak al aan de voorkant een exit inplannen, stelt de directeur innovatie Liane van der Veen van Oost NL dat haar aandeelhouders (het ministerie van EZ en Provincie Gelderland) het mogelijk maken om langdurig te investeren in strategisch onroerend goed voor campusontwikkeling. 

Zo kocht Oost NL, samen met ontwikkelaar/belegger City Developers, het voormalige KEMA-Terrein aan de Utrechtseweg in Oost-Arnhem, om daar een ‘Electricity Campus’ te ontwikkelen. ‘In deze publiek-private samenwerking kan een publieke investeringsmaatschappij samen met marktpartijen geduldig kapitaal inbrengen. 

Meestal is de bedoeling dat er gelijk al een exit gepland is nadat een project op stoom is gekomen. ‘Wij financieren Arnhems Buiten (zoals het KEMA-terrein nu heet, red.) vanuit het Perspectieffonds Gelderland met het doel de economie rond energie-innovaties te versterken. Dat kan dus héél lang.’

‘Natuurlijk kan er op termijn altijd een moment zijn dat een gebied zo stevig staat dat je van delen afstand zou kunnen doen. Maar in de praktijk is het juist het beste als het in één hand blijft. Als je het mij vraagt. Ik denk dat het goed is voor innovatie in de regio dat zo’n strategische campus in publieke handen blijft.’

Verkoop High Tech Campus

Van der Veen bespeurt ook steeds meer steun vanuit het ministerie van EZ. Minister Beljaarts kondigde medio 2024 een bovenregionale samenwerking tussen hightech-brandpunten aan, waar Oost NL als regio bij is aangehaakt. Doel is mede samen te werken aan voldoende fysieke ruimt voor scale-ups. Daar is nu vaak onvoldoende ruimte voor. 

Van der Veen refereert aan een uitvoeringsplan hightech-brandpunten. Daarin zou staan dat strategische campussen beter zouden moeten worden beschermd. Dat is niet voor niets. 

Eindhoven, de provincie Noord-Brabant en het ministerie hebben de slechte smaak nog in hun mond van de verkoop van High Tech Campus (HTC) aan een beleggingsfonds met de Singaporese overheid als uiteindelijke belanghebbende. Dat leverde in eerste instantie zorgen op voor de bescherming van vitale informatie van belangrijke bedrijven op HTC. 

De Wet Vifo (veiligheidstoets investeringen, fusies en overnames) biedt hier sinds medio 2023 bescherming tegen. Maar het gaat ook gewoon over de borging van economische profiel als innovatiecampus, als een nieuwe eigenaar innovatie op een tweede plaats zet. 

Dat laatste dreigde op veel kleinere schaal te gebeuren op Novio Tech Campus in Nijmegen. Daar correspondeerden doelstellingen van een private belegger niet meer met die van publieke partners zoals Oost NL, dat weer meer zelf in de campus investeert.

Arnhems Buiten: ecosysteem van bedrijven

Terug naar Arnhems Buiten. ‘We streven primair naar maatschappelijk rendement, economisch rendement is volgend.’ Voor dat laatste stelt Oost NL altijd als voorwaarde dat ook private partij instapt. Bij Arnhems Buiten is dat City Developers, een atypische ontwikkelaar en belegger. Net als Oost NL heeft het bedrijf een langetermijn-doelstelling. Economisch rendement wordt behaald wanneer maatschappelijk rendement ontstaat, bijvoorbeeld door het ontwikkelen van een ecosysteem van bedrijven binnen het ‘new energy’-cluster.

‘We hebben samen en businesscase opgesteld met een looptijd van minimaal 10 jaar. Er moet nog veel gebeuren aan het terrein, maar we hebben inmiddels Hyosung als grote buitenlandse partij aan ons verbonden.’ 

Dit Zuid-Koreaanse bedrijf vestigt haar Europese R&D-centrum op Arnhems Buiten, waarbij het volgens Van der Veen vooral werd aangetrokken door de hoogspanning, inspectie- en certificeringsactiviteiten die KEMA nog vanuit Arnhem uitvoert. KEMA maakt als KEMA Labs inmiddels onderdeel uit van een Italiaans concern.

Van der Veen: ‘Ik begrijp goed dat Eindhoven deze strategisch positie inneemt. Ik verwacht dat dit toch de toekomst gaat zijn met het huidige beleid.’

Ook Heemskerk verwacht dat steeds meer overheden campusvastgoed als ‘maatschappelijk vastgoed’ gaan beschouwen zoals theaters, onderwijsgebouwen sporthallen en bibliotheken dat nu al zijn. 

‘Het is zeer gebruikelijk dat overheden investeren in gebouwen voor cultuur, sport en onderwijs; waarom dan ook niet investeren in gebouwen voor economie? Je kunt dat niet altijd aan de markt overlaten.’ 

‘Een voorbeeld van “publiek economisch vastgoed” is betaalbare bedrijfsruimte’, zegt Heemskerk. ‘Wij werken voor een aantal gemeenten aan instrumenten voor betaalbare bedrijfsruimte. Bedrijfsruimte met lage huren kunnen bijvoorbeeld worden geborgd door het oprichten van een “sociale werkcorporatie”. Betaalbare bedrijfsruimte is een voorbeeld van vastgoed dat nodig is in een stad, maar waar de markt niet in voorziet. De markt streeft immers naar vastgoedrendement en hogere huren.’ 

Eindhoven heeft sterk ecosysteem

Heemskerk voorziet dat er meer pogingen zullen worden ondernomen om met publieke middelen economisch vastgoed op te tuigen, en ook voor onbepaalde tijd op de balans te houden. 

‘Bij campussen die in de opstartfase zitten, is het vaak nodig dat van de betrokken triple helix-partijen de overheid het voortouw neemt, ook qua investeringen. De onderwijspartijen kunnen geen middelen vrij maken en bedrijven wachten bij de opstartfase nog af, want in de vroege fase is dan nog niet duidelijk of zo’n initiatief meerwaarde heeft voor een specifiek bedrijf. Dus investeren overheden in bijvoorbeeld incubatorfaciliteiten omdat de markt dat (nog) niet doet.’ 

‘Bijzonder is dat in Eindhoven het nu andersom is: vanwege het zeer sterke ecosysteem investeert de markt juist wel in campusvastgoed, maar – in het geval van BIC-1 – is het de overheid die nu het eigendom van de markt overneemt, om meer grip het verkrijgen. Dat kan het beste in eigendom, al heb je ook met erfpacht zeer veel controle. Het zou mij daarom niet verbazen als Eindhoven BIC-1 op termijn weer van de hand doet, maar de grond in erfpacht houdt met duidelijke voorwaarden.’

Heemskerk benadrukt dat BIC-1 een prima businesscase kan opleveren voor de gemeente. ‘Als je het goed doet, hoeft het geen overheidsgeld te kosten. Het spreekt vanzelf dat zo’n campus vervolgens met ondernemerschap aangestuurd moet worden. Maar dat zal de gemeente Eindhoven goed regelen.’ In het een raadsvoorstel verklaart de gemeente een afspraak te hebben met Capreon voor het beheer de komende drie tot vijf jaar.


Lees dit artikel tevens op bt-online.nl

 

28-01-2025
Event
Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’
Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’

Een van de leidende principes in veel beleidsstukken is dat ruimte voor economie niet mag afnemen. Een no net loss dus. Maar hoe geef je dat handen en voeten? Het omgevingsprogramma is een krachtig beleidsinstrument uit de Omgevingswet, die zich bij uitstek leent om, samen met gebiedspartners, ruimtelijk-economische ambities concreet te maken.  Op dinsdag 18 november organiseren vakblad BT en TwynstraGudde het webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’. Met in de hoofdrol vier gemeenten die pionierden met het omgevingsprogramma.  Je leert:  Welke soorten omgevingsprogramma’s er zijn (thematisch- of gebiedsgericht) en welk type zich het beste leent voor welk doel;  De afweging maken of het omgevingsprogramma een geschikt instrument is om jou/jullie ruimtelijk-economische ambities verder invulling te geven;  Hoe je bestaand beleid door vertaalt naar een omgevingsprogramma, en wat de toegevoegde waarde is;  Welk type maatregelen in een omgevingsprogramma kunnen worden opgenomen, zoals fysieke acties (ruimreserveringen), juridische instrumenten (regels of uitsluitingen), financiële prikkels/fondsen, maar ook ‘softere’ maatregelen zoals campagnes en het organiseren van netwerken (met bedrijfsleven of kennisinstellingen);  Hoe je van een omgevingsprogramma tot programmatisch werken en uitvoering komt;  Hoe een omgevingsprogramma de weg plaveit naar een algemeen bindend omgevingsplan.  MELD JE METEEN AAN!   PROGRAMMA  09.30 uur  Introductie ‘programma onder de Omgevingswet’  Puck Brunet de Rochebrune & Anouk Paris, resp. principal adviseur en senior adviseur Ruimte, Wonen & economie, TwynstraGudde   09.45 uur  Praktijkcasus 1: Werken aan een balans tussen agrarisch landgebruik, bedrijventerreinen en recreatie – Omgevingsprogramma Economie, Gemeente Putten   Reinard de Jong - Manager Opgaven, Programma's en Projecten, Gemeente Putten en Puck Brunet de Rochebrune (TwynstraGudde)  10.00 uur  Praktijkcasus 2: Beter benutten bestaande bedrijventerreinen, kantoorlocaties en overige werklocaties - Omgevingsprogramma werklocaties, Gemeente Amersfoort  Marco van Hoek, programmamanager Werken, Gemeente Amersfoort  10.15 uur  Praktijkcasus 3: Vastleggen lange termijnvisie en maatregelen op een bedrijventerrein, mét ondernemers – Gebiedsgericht omgevingsprogramma voor bedrijvenpark ‘De Boezen’, Pijnacker   Kjell Wansleeben, senior adviseur Ruimte, Gemeente Pijnacker-Nootdorp  10.30 uur  Praktijkcasus 4: Gemeente Urk (nader in te vullen)  Sjane Marie van Urk, beleid Ruimtelijke Ordening, Gemeente Urk  10.45 uur  Einde  FACTS & FIGURES  Wat: Webinar ‘Maak ruimtelijk-economische ambities concreet met het omgevingsprogramma’.  Wanneer: Dinsdag 18 november 2025, 09.30 uur – 10.45 uur.  Kosten: Het is een gratis webinar. Voor wie: EZ-ambtenaren van gemeenten, provincies en rijk, medewerkers van ontwikkelings- en herstructureringsmaatschappijen en iedereen die bezig is met het realiseren van ruimtelijk-economische ambities.  Aanmelden  

18-11-2025
Nieuws
Mr. Fillet start nieuwe distributielocatie in Roermond
Mr. Fillet start nieuwe distributielocatie in Roermond

Het jaar 2025 startte voor Quality Royal Vastgoed B.V. met de aankoop van een nieuwe bedrijfslocatie in de gemeente Roermond. De bedrijfskavel is gelegen op het bedrijventerrein Oosttangtent aan de oostzijde van de stad. Op de nieuwe locatie wordt een vestiging gerealiseerd van het bedrijf Mr. Fillet. Bekend om de verkoop en de distributie van gefileerde kipproducten.  Over Mr. Fillet Sinds 1993 is Mr. Fillet actief in het ambachtelijk fileren van kip voor de zakelijke markt. Sinds 2021 is Mr. Fillet ook bereikbaar voor de consument vanuit het online platform en vanaf 2022 met fysieke winkels verspreid door heel Nederland. Quality Royal Vastgoed B.V. kocht de laatst beschikbare kavel van ruim 5.000 m² aan vanwege de uitstekende en strategische ligging. De kavel ligt aan de N270 met een directe aansluiting op de A73 richting Venlo en Maastricht en op korte afstand van de A2. Het Duitse en het Belgische achterland is vanaf hier goed te bereiken. De bereikbaarheid is een belangrijke voorwaarde geweest in de zoektocht naar een nieuwe distributielocatie voor Mr. Fillet. De heer Bo?azköy, eigenaar, is dan ook verheugd over de aankoop: “Met veel enthousiasme gaan we aan de slag met de bouw van ons allernieuwste distributievestiging voor Mr. Fillet. Vanaf deze locatie zijn wij verzekerd van een nog betere service richting onze klanten in het zuiden van Nederland en in België. Ook de Duitse afzetmarkt komt voor ons nu dichterbij. Wij zijn blij met de samenwerking met OML waarin we een professionele partij vonden om ons te begeleiden bij onze zoektocht.” Over bedrijventerrein Oosttangent Het bedrijventerrein Oosttangent wordt in de volksmond ook wel Roerstreek-West genoemd. Het is dan ook een uitbreiding van het van oudsher bestaande bedrijventerrein Roerstreek. De ligging aan de oostkant van de stad is gunstig met eenvoudige aanrijroutes naar alle windstreken. Met de verkoop van de laatste beschikbare kavel op de eerste fase van het bedrijventerrein Oosttangent is daarmee dit gedeelte geheel uitgegeven. OML heeft nog zeer beperkt ruimte beschikbaar op de tweede fase van het terrein. De verwachting is dat de tweede fase ook spoedig geheel ingevuld zal zijn.  Over OML  Ontwikkelingsmaatschappij Midden-Limburg (OML) realiseert bedrijfslocaties in Midden-Limburg voor de aandeelhoudende gemeenten Roermond, Leudal, Echt-Susteren, Maasgouw en Roerdalen. De samenwerking zorgt voor een goed vestigingsklimaat voor bedrijven en de duurzame versterking van de economische structuur in de regio.   OML helpt lokale en regionale ondernemers graag met hun toekomstplannen en biedt hiervoor ruimte aan met de visie: ‘Het juiste bedrijf op de juiste locatie’. Directeur Hans Coppus: “Voor de verkoop van de laatste kavel op de eerste fase van Oosttangent is een mooie invulling gevonden met het bedrijf Mr. Fillet. Wij zijn blij met de fijne samenwerking met de heer Bo?azköy van Quality Royal Vastgoed B.V. Wij zijn ervan overtuigd dat het bedrijf op deze locatie een mooie toekomst tegemoet gaat. Daarnaast past het uitstekend binnen het plangebied met de andere, al gevestigde ondernemingen.

11-02-2025
Aanmelden nieuwsbrief